insgelijks te Antwerpen gebooren, in den Jaare 1610, zag zijnen Vader de kunst zo volkomen af, dat hij, ’t geen aan de schilderstukken van deezen ontbrak, in zijne tafereelen naar de kunst voltooide. Weinigen zijner kunstbroederen deelden in eene ruimer maate in de gunst der Grooten.
Zo zeer was PHILIPS van Spanje op zijne penceelkunst verlekkerd, dat dezelve, aan zijn Hof, eene lange Gaanderij deedt maaken, om met stukken van zijn maakzel behangen te worden. Om hem een blijk van hoogagtinge en genegenheid te geeven, begiftigde hem Koningin CHRISTINA van Zweeden, met een gouden Medailje, waar op haare beeltenis stondt uitgedrukt, hangende aan een Keten van het zelfde metaal. Behalven andere gunstbetooningen, schonk hem Aardshertog LEOPOLD de waardigheid van Edelman zijner Bedkamer. Don JAN VAN OOSTENRYK hieldt onzen Kunstschilder insgelijks in groote waarde.Zie HOUBRAKEN, en DE PILES, Vie des Peintres.