Meteren, Emanuel van

betekenis & definitie

EMANUEL VAN METEREN, gebooren te Antwerpen, in den Jaare 1535. Zijn Vader was een boekdrukker, en wierdt, uit dien hoofde, verdagt gehouden van mede de hand te hebben in het vervaardigen van Schriften, der Onroomsche Leere toegedaan. Omtrent den tijd als zijne Huisvrouwe, van EMANUEL, zich zwanger bevondt, hadt hij eenen Bijbel in de Engelsche Taale gedrukt, en was daar mede na Engeland gereisd om met het verkoopen winst te doen. Midlerwijl deedt de Regeering zijn Huis doorzoeken, of men 'er niet, veelligt, verbooden Boeken vondt. Zijne Echtgenoote, weetende dat haar Man inderdaad een goed aantal dusdanige Schriften bewaarde, en vreezende voor 't gevaar, welk haar dreigde, deedt eene gelofte, het kind, welk zij onder het hart droeg, indien 't een Zoon ware, EMANUEL, dat is, God met ons, te zullen noemen, bijaldien de gezogte Boeken niet gevonden wierden. Tot haar geluk deeden de Huiszoekers vrugtlooze moeite. In zijne jeugd oeffende zich VAN METEREN in de Taalen en verscheiden Weetenschappen. Doch zijne neiging strekte zich uit tot den Koophandel, toen hij den ouderdom bereikt hadt, om zich tot een vast beroep te moeten bepaalen. Voor zekeren bestemden tijd nam hij, diensvolgens, zijn verblijf bij eenen Koopman. Intusschen wierden zijne Ouders te raade, om de vervolgingen te ontgaan, na Engeland te verhuizen. Op hunnen overtogt derwaarts trof hen het ongeluk, dat het Schip, welk hen zou overvoeren, door eenen Franschman aangevallen en in brand wierdt geschooten: zodat het, met volk en al, in de lucht sprong. Naadat VAN METEREN zijne leerjaaren hadt voleindigd, begaf hij zich na Londen: een ruim bestaan hadt hij in deeze Stad, door het waarneemen van de zaaken van veele Nederlandsche Kooplieden, tot op de overgave van Antwerpen aan de Spanjaarden. Met het verval van den Koophandel, leedt hij hier door insgelijks merkelijk nadeel. Onder het waarneemen van zijn beroep, hadt VAN METEREN zijn werk gemaakt van het verzamelen van Stukken, de Geschiedenissen der Nederlanden betreffende. Thans weinig anders te verrigten hebbende, vermaande hem zijn Neef, de Geleerde ABRAHAM ORTELIUS, aan het opstellen eener Nederlandsche Historie de hand te slaan. VAN METEREN volgde dien raad, en besteedde zijnen overigen leeftijd aan het zamenstellen van een Werk, 't welk nog bij alle Kenners en Hoogschatters van echte Gedenkstukken in eere en waarde wordt gehouden. Hij overleedt te Londen, in den Jaare 1612, het zevenenzeventigste zijns ouderdoms.