van afkomst een Vlaminger, die zig te Utrecht nedergezet had. Hij vereende JACOB REINGOUD met PROUNINK, die men, om de Factie, welke zij aldaar, ten voordeele van LEICESTER maakten, Reingoudisten noemde.
Ook werd hij, in 1536, ter gemelde stede, door den Landvoogd tot Auditeur der geldmiddelen aangesteld. Naderhand bevorderde deze hem tot Geheimschrijver van den Raad van Staate. Dan, hoe zeer LEICESTER hem prees, hij was en bleef, zo wel als REINGOUD en MEETKERKEN, bij de Staaten verdacht.Zie van hem BOR en HOOFT.