(Silurus glanis, orde Karperachtigen) Brede kop met brede bek en 6 baarddraden (2 grote aan de bovenkaak, 4 kleinere aan de onderkaak). Ogen klein. Lange aarsvin. Huid zonder schubben. Licht of donkerder gemarmerd. Tot 2,5 m. Grootste inheemse zoetwatervis. Bodembewoner. Solitair. Leeft van andere vissen, watervogels en kleine zoogdieren. Zeer zeldzaam in grote rivieren en stilstaand water. Beschermd.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk