Drusus, romeins cognomen.
Van de dragers van de naam Drusus zijn het meest bekend twee volkstribunen uit de gens Livia en drie prinsen uit de vroege keizertijd, van wie de twee jongsten de naam Drusus als praenomen hebben (zie Agrippina).1. Marcus Livius Drusus, bekende volkstribuun (122 vC), als zodanig collega van de sociale hervormer Gaius Sempronius → Gracchus. Als invloedrijk vertegenwoordiger van de senaatspartij keerde hij zich tegen Gracchus toen deze op de plaats van Carthago een kolonie stichtte, door het volk een dozijn kolonies en de Latijnen vrijstelling van lijfstraffen te beloven. Bij de na Gracchus’ terugkeer hierover ontstane moeilijkheden vond deze de dood. Als consul en proconsul bestreed Drusus in Illyrië de Scordisci en de Thraciërs (112/111) en verdiende hiermee een triomf. Hij stierf tijdens zijn censuur (109).
Lit. F. Münzer (PRE 13, 856-859).
2. Marcus Livius Drusus, zoon van Drusus (1), volkstribuun in 91 vC en een begaafd, maar eerzuchtig aristocraat. Hij streefde ernaar de macht van de senaat te herstellen, deze met de → equites te verzoenen en de Italiërs het burgerrecht te verlenen. Zijn voorstellen hielden - behalve een graan-, akker- en koloniewet in, de rechtspraak aan de senaat terug te geven, het aantal senatoren door opname van 300 equites weer op 600 te brengen, de corruptie van equites voor een speciale rechtbank (quaestio) strafbaar te stellen en de italische bondgenoten het burgerrecht te geven. In strijd met de Lex Caecilia Didia (98) liet hij hierover echter ’en bloc’ stemmen; tegenstand brak hij met geweld. De senaat verklaarde daarop zijn wetten voor ongeldig. Drusus zelf werd nog voor het einde van zijn ambtsjaar in zijn eigen huis door sluipmoord omgebracht. Drusus geldt als de laatste van de grote tribunen. Zijn dood was aanleiding tot de gevaarlijke Bondgenotenoorlog (91-88). Zijn ideeën echter klinken door in Cicero’s opvattingen over de concordia ordinum en de consensus Italiae.
Lit. F. Münzer (PRE 13, 859-881). - W. Strehl, M. Livius Drusus, Volkstribun im Jahre 91 a.Chr. (Diss. Marburg 1887). - R. Thomsen, Das Jahr 91 v.Chr. und seine Voraussetzungen (Classica et Mediaevalia 4, 1942, 13-47). E. Gabba, M. Livio Druso e le riforme di Silla (Ann. Scuola Normale Superiore di Pisa 33, 1964, 1-15).
3. Nero Claudius Drusus Germanicus (’ Drusus maior’), 38-9 vC, zoon van Tiberius → Claudius (5) Nero en → Livia Drusilla, stiefzoon van keizer Augustus en jongere broer van Tiberius. Uit zijn huwelijk met Antonia minor sproten drie kinderen: → Germanicus, Livilla en Claudius, de latere keizer. In 15 vC trok Drusus over de Brenner en onderwierp samen met zijn broer Tiberius in één veldtocht de Raeti en Vindelici, wier gebied tot provincie werd ingericht. In 13 en 12 vC legaat van de Tres Galliae, organiseerde hij er de census en wijdde te Lugdunum (Lyon) een altaar voor Roma en Augustus. Van 12-9 vC was Drusus belast met de oorlogvoering tegen de Germanen. Hij versterkte de grensbeveiliging, waarvan → Vetera en Mogontiacum de middelpunten werden. Na de Sugambri over de Rijn teruggedrongen te hebben, legde hij de Fossa Drusiana, de moeilijk te identificeren Drusus-gracht, aan, waardoor hij de Rijnvloot naar de Noordzee bracht; vervolgens onderwierp hij de Bataven, de Friezen en andere kuststammen.
In 11 vC was D. praetor urbanus. Onder veelvuldige gevechten, waarbij de Usipeten werden verslagen, bereikte hij Ems en Weser. Aan de zeekust en in het veroverde binnenland werden vaste versterkte posten aangelegd, zoals → Aliso aan de Lippe. Tijdens de veldtocht van de twee volgende jaren tegen → Sueben, Chatten, Marcomannen en Cherusken wist Drusus de Elbe te bereiken, waar hij op last van keizer Augustus halt maakte. Op weg van de Elbe naar Mainz overleed hij 30 dagen na een ongelukkige val van zijn paard in september 9 vC. Een onbekend auteur schreef naar aanleiding hiervan een Consolatio ad Liviam. Augustus en Tiberius hielden een lijkrede, waarna Drusus werd bijgezet in het Mausoleum van Augustus. Te Mainz kreeg de populaire veldheer een cenotaaf en een triomfboog. Aan hemzelf en aan zijn zoon werd de bijnaam Germanicus toegekend. Afbeeldingen van Drusus maior zijn bekend van munten en penningen; aan de hand daarvan konden enkele borstbeelden en koppen (o.a. in het Museo Nazionale Romano en in het Nationaal Museum van Kopenhagen) worden geïdentificeerd; vermoedelijk stelt ook het geharnaste standbeeld in het Museum van Lateranen Drusus maior voor.
Lit. Suetonius, Claudius. Cassius Dio 54; 55, 1-2. → Consolatio ad Liviam. Epicedion Drusi. - A. Stein (PRE 3, 27032719). - H. Hettema, De Nederlandse wateren en plaatsen in de Romeinse tijd 2 ('s-Gravenhage 1951). A. W. Byvanck, Nederland in de Romeinse tijd 1 (Leiden 1945) 86-97. K. Christ, Nero Claudius Drusus (Diss. Tübingen 1953). Id., Drusus und Germanicus. Der Eintritt der Romer in Germanien (Paderbom 1956). - H. Istinsky, Historische Fragen des Mainzer Drusus denkmals (Jahrb. des Römisch-germanischen Zentralmuseums Mainz 6, 1960, 180-196). V. Paulsen, Claudische Prinzen. Studiën zur Ikonographie des ersten römischen Kaiserhauses (Baden-Baden 1960).
4. Drusus Iulius Caesar (’Drusus minor’), 13 vC - 23 nC, enige zoon van keizer → Tiberius en diens eerste vrouw → Agrippina (1), gehuwd met Germanicus’ zuster Claudia Livia (Livilla), bij wie hij drie kinderen had. Na in 2 nC → princeps iuventutis geworden te zijn moest Drusus zich in 4 nC, toen Germanicus door Tiberius bij diens adoptie door Augustus eveneens geadopteerd werd, met de derde plaats in de opvolging tevreden stellen. Dit beïnvloedde hun goede verstandhouding echter allerminst.
Als consul (15 nC) ging Drusus met Seianus naar Pannonië, waar hij de legioenen, die na Augustus’ dood (14) Germanicus als keizer wensten, kalmeerde. Van 17 tot 20 opereerde hij vanuit Illyricum tegen de → Marcomannen, wier vorst Marbod zich aan hem overgaf. Een ovatio en een zegeboog op het Forum Augusti vielen hem ten deel.
Na Germanicus’ dood (19) bezette Drusus in de troonopvolging de eerste plaats, hetgeen bevestigd werd doordat hem, na een tweede consulaat in 21, de tribunicia potestas werd verleend (22). Over de opvolging raakte hij echter in een ernstig conflict met Seianus, die zijn vrouw verleidde en haar ertoe bracht haar man te vergiftigen. Hij werd met grote eer begraven. Drusus stond bekend als een trots, losbandig en wreed man, maar was desondanks gezien bij het volk.
Een geharnast standbeeld van Drusus minor bevindt zich in het Museo Nazionale te Cagliari; onder de vele bewaard gebleven koppen is de fraaiste die in het Museo Nazionale van Napels.
Lit. Tacitus, Annales 1,24-30; 2, 62-64; 4, 9-11. - M. Gelzer (PRE 10, 431-434). - R. S. Rogers, Studies in the Reign of Tiberius. Some Imperial Virtues of Tiberius and Drusus Iulius Caesar (Baltimore 1943).
5. Drusus Iulius Caesar (8-33), zoon van Germanicus en Agrippina maior, broer van keizer → Caligula. Na de dood van Germanicus (19) en Tiberius’ zoon → Drusus minor (23) was hij samen met zijn oudere broer Nero troonpretendent. Onder zijn hoge functies was de stadsprefectuur (25). Het familieconflict over de opvolging spitste zich na de dood van Livia (29) toe. Agrippina en haar oudste zoon Nero werden verbannen, D. werd door Seianus gearresteerd (30) en stierf in 33 in het paleis de hongerdood, na door de senaat tot hostis te zijn verklaard.
Lit. V. Gardthausen (PRE 10, 434v). [A. J. Janssen]