Trilogie noemden de Grieken eene zamenvoeging van drie tragoediën, waarmede op de Dionysus- of Bacchusfeesten de Dramatische dichters naar den uitgeloofden prijs dongen.
Veelal was er nog een vierde stuk, namelijk een satyrspel, bijgevoegd, en dit geheel droeg dan den naam van tetralogie. Vooral werd de trilogie ontwikkeld door Aeschylus, bijv. in zijne bewaard geblevene „Orestie”, den „Agamemnon”, de „Coëphoren” en de „Eumeniden” bevattend, waartoe voorts het verloren gegane satyrdrama „Proteus” behoorde. Ook Schiller, Hebbel, Swinburne, Wagner enz. hebben in den nieuweren tijd trilogieën geleverd.