(haltica) Dit diertje, niet grooter dan eene vloo, en zich, als deze, met sprongen bewegende, is een schildvleugelig insect van de familie goudhaantjes, een bladkevertje of torretje, dat met eene blaauwachtig groene, glinsterende kleur is versierd. Het eet als masker en als volkomen insect allerlei bladeren, zoodat het wel eens groote schade doet in de tuinen.
Men kan het weren door in het najaar de plantenstengels , waarin het den winter doorbrengt zoo veel mogelijk te verbranden, en men belemmert zijne verwoestende werkzaamheid door de jeugdige gewassen, waarop het aanvalt, met een aftreksel van alsem of met tabakswater te begieten. Men kent eene menigte soorten van aardvlooijen, zooals de bontstreep-aardvloo (h. nemorum), de gewone aardvloo (h. dentipes), de koolzaadbederver (h. chrysocephala), de eiken-aardvloo (h. oleracea), enz.
