Definities van Groot woordenboek der Nederlandsche taal in de Ensie R
- Rondschrijven
- Rondsel
- Rondsjouwen
- Rondsleepen
- Rondslenteren
- Rondsleuren
- Rondslingeren
- Rondsloffen
- Rondsmijten
- Rondsnellen
- Rondsnijden
- Rondsnorren
- Rondsnuffelen
- Rondsollen
- Rondspoken
- Rondspringen
- Rondstaal
- Rondstouw
- Rondstrijken
- Rondstrompelen
- Rondstrooien
- Rondsturen
- Rondsukkelen
- Rondtasten
- Rondte
- Rondtollen
- Rondtrappen
- Rondtrekken
- Rondtreuzelen
- Rondtrompetten
- Ronduit
- Rondvaart
- Rondvaren
- Rondventen
- Rondventer
- Rondvertellen
- Rondvisch
- Rondvliegen
- Rondvlucht
- Rondvoeren
- Rondvraag
- Rondvragen
- Rondwandelen
- Rondwaren
- Rondwemelen
- Rondwentelen
- Rondwoelen
- Rondworm
- Rondzaaien
- Rondzaal
- Rondzeggen
- Rondzeilen
- Rondzenden
- Rondzien
- Rondzwalken
- Rondzwermen
- Rondzwerven
- Rondzwerver
- Rondzwieren
- Rong
- Ronggeng
- Ronkelen
- Ronken
- Ronker
- Rons
- Ronselaar
- Ronselen
- Röntgenapparaat
- Röntgenapparaat
- Röntgenogram
- Röntgenogram
- Röntgenonderzoek
- Röntgenstralen
- Ronzebons
- Roobol
- Rood
- Rood-rusland
- Roodaarde
- Roodaarden
- Roodachtig
- Roodbaard
- Roodbloedig
- Roodbodemig
- Roodbol
- Roodbont
- Roodborstje
- Roodborsttapuit
- Roodbreukig
- Roodbros
- Roodbruin
- Roodehond
- Roodekool
- Roodeloopkruid
- Roodforel
- Roodgeel
- Roodgespikkeld
- Roodgieter
- Roodgloeiend
- Roodgloeihitte
- Roodguldigerts