Definities van Groot woordenboek der Nederlandsche taal in de Ensie R
- Reiniging
- Reinigingsbak
- Reinlevenbeweging
- Reinmaker
- Reinuit
- Reinvaar
- Reinwilg
- Reinwit
- Reis
- Reisapotheek
- Reisartikel
- Reisbaar
- Reisbed
- Reisbureau
- Reischaaf
- Reisdeclaratie
- Reisdeken
- Reisefendi
- Reisfoudraal
- Reisgezind
- Reisgids
- Reislustig
- Reismakker
- Reisorder
- Reisvaardig
- Reisverhaal
- Reiswijzer
- Reiszak
- Reïteratie
- Reizen
- Reizend
- Reiziger
- Rek
- Rek-op
- Rekbaar
- Rekbaarheid
- Rekbank
- Rekel
- Rekelachtig
- Rekelvos
- Reken
- Rekenaar
- Rekenbaar
- Rekenbaas
- Rekenen
- Rekenfeil
- Rekening
- Rekening-courant
- Rekenkamer
- Rekenkast
- Rekenkunde
- Rekenkundig
- Rekenkundige
- Rekenkunst
- Rekenkunstig
- Rekenlat
- Rekenliniaal
- Rekenmachine
- Rekenplichtig
- Rekenplichtige
- Rekenplichtigheid
- Rekenraam
- Rekenschap
- Rekenschool
- Rekentafel
- Rekest
- Rekhamer
- Rekke
- Rekkelijk
- Rekkeling
- Rekken
- Rekker
- Rekkerig
- Reklaars
- Rekristallisatie
- Rekrol
- Rekruut
- Rekster
- Rekstok
- Rel
- Relaas
- Relâche
- Relais
- Relapsus
- Relata refero
- Relatie
- Relatief
- Relaxatie
- Relegatie
- Relegeeren
- Relevant
- Relevatie
- Releveeren
- Relicta
- Reliëf
- Reliëf-globe
- Reliek
- Religie
- Religieus
- Reliquiarium
