Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 19-04-2022

FERDINANDO D’AVALOS DE GUADO LA FARA

betekenis & definitie

een Spanjaard, in dienst van den Koning van Spanje, in de Nederlanden , beroemd geworden door zijn zonderling betoon van broederliefde. In het beleg van Haarlem, in het Jaar 1573, kwam dceze FERDINAND D’ÁVALOS, na een gedaanen storm, in de loopgraaven terug, en zogt overal zijnen broeder JOHAN DE ZUINGA: hem nergens vindende, hangt hij het Rondas om den den hals, en treedt onverzaagd naar Stads vesten terug, zonder op het schieten der belegerden agt te geeven. Hij vond dien hij zogt nog levende, doch zwaar door een kogel gewond. In allerijl rukt hij de wapenen van ’t lijf, neemt den gewonden op zijne schouderen , en gaat daar mede naar het Leger. Onderweg werd hij wel door een kogel getroffen, maar bragt evenwel zijnen last in de Schans.

Don FREDRIC, de zoon van den Hertog VAN ALBA, bezorgde dat zij beiden genezen werden. Voorwaar eene prijswaardige daad, welke men moet roemen, en, schoon verrigt door eenen vijand, ter navolging voorstellen.Zie HOOFT, Nederl. Historien, fol. 304.

< >