Het blijkt genoeg, zegt de Heer ALTING, uit de woorden der Bulle van AUFRIDUS, Bisschop van Utrecht, van ’t jaar 1006, dat hier door verstaan wordt eene ondiepte, of doorgang in den Eemstroom: een darde voor de Leeft / die niet verre van ’t Klooster Hohorst af was; mogelijk ter plaatse, alwaar heden de Eembrug is.
Zie Notit. German. Infer. Part. II. p. 16.