voorheen twee Kloosters binnen Middelburg, waaromtrent bij de Schrijvers veele verwarringen plaats hebben. Sommigen houden die beiden voor een en het zelfde Klooster, zijnde het voor hen onverklaarbaar, hoe Bachtensteen den naam van [i]St.
Aagten[/i] droeg, en ook het Klooster van de Zwarte Zusters genaamd werd; ook zijn zij met de Jaartellingen deerlijk in de war. Doch zie hier, hoe hunne zwartigheden weggenomen kunnen worden. Bacht, 's Gravenhoven of 's Gravenhof, stond vanouds in de Graavenstraat; Bachten, dat is ’s Gravenhof, was het Klooster en de Kerk der Graauwe Zusteren, die naar den derden Regel van de Orde van ST. FRANCISCUS leefden. Het was gesticht in 1473; welk gebouw nu de Vischmarkts Kerk genaamd wordt. Doch het andere Bachtensteen, of ’s Gravensteen, was van het eerste onderscheiden:
I.) In naam, zo als uit dit gezegde blijkt;
II.) In ouderdom, alzo het reeds in 1368 in wezen was;
III.) In orde, volgende deeze die van ST. AUGUSTINUS;
IV.) In kleeding, zijnde de eerste de Graauwe, en deeze de Zwarte Zusters; en
V.) In woon- en standplaats, woonende deezen achter het Steen, 's Gravensteen, (Gevangehuis te Middelburg) alwaar men tegenwoordig de St. Joris Doele ziet.
Zie Tegenw. Staat van Zeeland, I. Deel, bl. 104. Oud. van Zeeland, bl. 108. ’S GRAVEZANDE, Eeuwgetij, bl. 467-469.
