Gouden horizon encyclopedie

Dr. B.M. Parker (1959)

Gepubliceerd op 07-10-2024

NYLON

betekenis & definitie

Tot voor enkele tientallen jaren geleden werd alle kleding vervaardigd uit vezels, die afkomstig waren van planten of dieren. Zulke natuurlijke vezels zijn bijvoorbeeld zijde, wol, katoen en linnen.

Tegenwoordig is de wetenschap in staat kunstmatige vezels te vervaardigen uit de vreemdste grondstoffen. Een van de bekendste van die kunstmatige vezels is nylon; het wordt gemaakt uit steenkool, lucht en water!Het woord nylon is niet, zoals veel andere vreemde woorden afgeleid van een reeds bestaand woord. Het woord is even nieuw als de vezel; de uitvinders van nylon kozen het omdat ze behoefte hadden aan een korte, gemakkelijk te onthouden naam.

In 1938 hoorde men voor het eerst iets over nylon. De eerste nylonkousen echter (een van de eerste produkten, die uit de nieuwe vezel werden gemaakt) kwamen pas in 1949 op de markt. Nylonkousen werden onmiddellijk zeer populair omdat ze dezelfde voordelen hadden als zijden kousen en bovendien langer meegingen. Ook droogden ze sneller als ze gewassen waren. Niet lang daarna werd nylon ook algemeen gebruikt voor het vervaardigen van ondergoed, hemden en andere kledingstukken.

Kleding die uit nylon is vervaardigd, droogt niet alleen sneller maar hoeft ook niet gestreken te worden. Dat snelle drogen is te danken aan het feit dat nylonvezels geen water opzuigen; alleen het water, dat zich aan de vezel vasthecht, moet verdampen. Gedurende de Tweede Wereldoorlog was nylonkleding erg schaars omdat het grootste gedeelte van de nylonproduktie gebruikt werd voor het maken van parachutes. Na de oorlog echter duurde het niet lang of de markt werd met de nieuwe stof overstroomd. De steenkool in het nylonproduktieproces is tegenwoordig grotendeels vervangen door. . . maïskolven. Voor de fabricage van nylon worden de grondstoffen eerst verwerkt tot een dikke stroopachtige vloeistof, een behandeling waarvoor veel hitte en grote druk nodig zijn.

De vloeistof wordt vervolgens uitgespreid tot dunne vellen, die stollen, afkoelen en vervolgens in stukjes worden gebroken. Die stukken worden dan opnieuw gesmolten waarna de vloeistof onder grote druk door kleine gaatjes wordt gespoten. Op die manier ontstaan fijne draden, die zeer snel stollen. Verscheidene van die dunne draden worden tenslotte tot een vezel ineengesponnen waarna met het weven kan worden begonnen.

Niet alle nylon wordt tegenwoordig gebruikt om kleding te weven. De haren van borstels zijn tegenwoordig ook vaak van nylon gemaakt; artsen gebruiken dikke nylondraden om wonden te hechten; tennisrackets kunnen met nylon bespannen zijn en heel veel hengelaars gebruiken uitsluitend nog nylon vislijnen. Er zijn nylon knopen, nylon grammofoonnaalden en zelfs nylon onderdelen voor machines.

< >