Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

J. f. commendon

betekenis & definitie

kardinaal, geb. 1524 te Venetië, gest. 1584, improviseerde op zijn tiende jaar reeds verzen in het Latijn, en had aan dit talent de bescherming te danken van paus Julius III. Bij de troonsheklimming van Maria als koningin van Engeland (1553) werd C. derwaarts gezonden, en bragt het zoo ver, dat zij zich weder gehoorzaam onderwierp aan Rome.

Toen dc verkiezing van keizer Ferdinand had plaats gehad zonder de goedkeuring van den paus, verdedigde C. de regten der Kerk, en toog door Duitschland rond, om al de vorsten van het duitsche rijk aan te sporen tot de voortzetting van het concilie van Trente. Deze zijne pogingen mislukt ziende, begaf hij zich (1564) als nuntius naar Polen, waar het hem gelukte de decreten van het concilie te doen aannemen; ter belooning daarvoor werd hij tot kardinaal verheven. Plus V zond hem als legaat naar den rijksdag van Augsburg, waar hij aan keizer Maximiliaan met bedreigingen verbood zich met de zaken, die de godsdienst betroffen, te bemoeijen. De overige levenstijd van 0. werd doorgebragt in gezantschappen en gewigtige onderhandelingen met de hoven van Weenen en Warschau.

< >