Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Hessen-Darmstadt

betekenis & definitie

het groothertogdom Hessen, beslaande uit twee, door Keurhessen en het gebied van Frankfort van elkander gescheidene deelen, nl. een noordelijk gedeelte, dat de provincie Opperhessen, en een zuidelijk gedeelte, dat de twee provv. Starkenburg en Rijnhessen omvat.

H.-D. beslaat eene gezamenlijke oppervlakte van ruim 152 vierk. mijlen, is bevolkt met 858,000 zielen, heeft Darmstadt lot hoofdstad, en dagteekent zijn onafhankelijk bestaan van 1567, toen George I, bijgenaamd de Vrome, jongste der vier zonen van Filips den Grootmoedige, optrad als eerste landgraaf van H.-D. Aanvankelijk had hij slechts het achtste gedeelte der landen van zijnen vader; doch zijn grondgebied werd reeds spoedig nitgebreider, door den dood van twee zijner broeders (Filips en Lodewijk III). Lodewijk V, zoon van George, stond 1595 aan zijnen broeder Frederik het grondgebied van Hamburg af, dat sedert een afzonderlijk landgraafschap vormde; in 1604 erfde Lodewijk V een gedeelte van Üpperhessen, stichtte 1607 de universiteit te Giessen, en stierf 1626. Geen veranderingen van aanbelang grepen er in H.-D. plaats gedurende bijna twee eeuwen; in 1801 evenwel verloor Lodewijk X (geb. 14 Juni 1753) ten gevolge van de fransche omwenteling een gedeelte van zijn grondgebied, ontving daarvoor echter in 1803 eene ruime schadevergoeding, zoodat de grenzen van H.-D. eene nagenoeg totale verandering ondergaan hadden toen Lodewijk X in 1806 toetrad tot den Rijnbond, en 13 Aug. van dat jaar den titel aannam van groothertog, onder den naam van Lodewijk I. In 1815 stond hij aan Pruisen eenig westfaalsch grondgebied af, doch werd daarvoor aan den Rijn, voornamelijk met Rijnhesseu, schadeloos gesteld. Aan den landgraaf van Hessen-Homburg gaf hij de soevereiniteit terug, waarvan die in 1806 beroofd was geworden. Nauwlijks had zijn zoon en opvolger, Lodewijk II, den 6 April 1830 de regeering aanvaard, of hij had de Juii-beweging te onderdrukken; en te midden van den omwentelingsgeest van 1848 stierf hij (16 Juni), en werd opgevolgd door zijnen zoon Lodewijk III, die de Meibewegingen van 1849 in Rijnhessen en in Odenwald door geweld van wapenen liet bedwingen.

< >