Administratief instrument waarmee de bedrijfsvoering van boeren en tuinders vanaf de jaren ’30 sterk werd verbeterd. In de naoorlogse jaren vormden de landbouworganisaties aparte boekhoudbureaus.
Door het instellen van zogenaamde bedrijfseconomische studiegroepen werd het kennisniveau in de landbouw sterk verbeterd.De methode van bedrijfsvergelijking - waarbij boeren kennisnamen van elkaars financiële resultaten - was daarbij zeer effectief. In 1979 werden de boekhoudkantoren van de landbouworganisaties Groninger Maatschappij van Landbouw, Veenkoloniale Boerenbond en Drents en Veenkoloniaal Landbouwgenootschap samengevoegd tot Noordelijke Accountantsunie. Het hoofdkantoor is gevestigd te Haren. Daarnaast zijn actief de GIBO-groep (voorheen ABTB) en Alpha-accountants (voorheen CBTB).
Sinds de jaren ’80 is de landbouwboekhouding sterk geautomatiseerd en worden financiële gegevens gekoppeld aan andere bedrijfsgegevens zoals de kunstmestgift en de dosering van gewasbeschermingsmiddelen.