eiland in het O. van de Middell. Zee, ten Z. van Cilicië, ten W. van Syrië.
Een eiland met twee bergruggen in N. en Z., en daartussen een vlakte. Lange hellingen naar de W.- en Z.-kust, met wijngaarden en hoven van olijf en Johannesbroodboom, maar niet genoeg teelaarde voor landbouw, behalve in de smalle dalkommen. Terreinen met steenachtig weiland op de uitlopers van het bergland; een gordel met dichte dennenbossen op het gebergte bijna tot aan de ronde toppen toe; naar het O. en N. steilere bergflanken. Een grote golvende vlakte, die van de voet der bergen naar het O. afhelt, heeft een goede humusbodem en is bij goede bevloeiing zeer vruchtbaar. — Aan de Z.zijde is de hoogte Amathus; daar stond het beroemde heiligdom van Aphrodite of Venus, die hier volgens de mythe voor de eerste maal aan de mensen verscheen als de Venus Amathusia. Maar zij was niet de godin van schoonheid en bevalligheid gelijk de Grieken Venus eerden, maar de wellustige godin Astarte der Phoeniciërs, met schandelijke mysteriën en vruchtbaarheidsceremoniën, in brutale verheerlijking van lagere driften.Het eiland was rijk aan mineralen o. a. koper (dat naar C. genoemd is). In het N.T. wordt het genoemd als het geboorteland van Barnabas, Hand. 4 : 36. Het evangelie is er vroeg gepredikt, Hand. 11 : 19. Paulus en Barnabas bezochten het op hun 1e zendingsreis, Hand. 15 : 39.
