Maat - Oudhollandsche steenkolenmaat, waarvan 38 een hoed. Ook: Oudhollandsche maat voor zout.
— iedere als eenheid aangenomen grootheid, welke dient om andere grootheden van dezelfde soort te bepalen, door te onderzoeken, hoeveel malen die eenheid in de te bepalen grootheid begrepen is; het onderzoek zelve noemt men meten. Men onderscheidt lengte-, vlakte- en inhoudsmaten, gewichten enz.