Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 07-06-2019

Servius

betekenis & definitie

Servius - 1) rom. vóórnaam, vooral in de gens Sulpicia voorkomende, zoodat men wel eens Servii = Sulpicii gebruikt vindt.—2) Servius

Clodius (Claudius), romeinsch ridder, een man van groote geleerdheid; hij was een ijverig taalkundige en maakte vooral studie van Plautus. Hij bezat een uitgebreide bibliotheek, die na zijn dood door zijn bloedverwant L. Papirius Paetus (Papirii no. 14) aan Cicero ten geschenke werd gegeven. Hij was een schoonzoon van L. Aelius Stilo Praeconīnus (Aelii no. 7).—3) Servius Maurus Honorātus, taalgeleerde op het einde der 4de eeuw na C., gaf te Rome onderwijs in grammatica en rhetorica en heeft ons o. a. een uitvoerigen commentaar op Vergilius nagelaten, met een schat van oudheidkundige en mythologische ophelderingen en tal van fragmenten uit thans verloren geschriften van verschillende schrijvers.

< >