Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 18-06-2019

Craterus

betekenis & definitie

Craterus - Κράτερος, 1) veldheer onder Alexander d. G., aanvoerder van het landleger op den terugtocht uit Indië, voerde de veteranen uit Azië naar hun vaderland terug (324), en zou Antipater als regent van Macedonië vervangen, toen Alex. stierf. In den lamischen oorlog besliste zijne komst den slag bij Crannon ten gunste van Antipater, met wien hij daarna Perdiccas en Eumenes bestreed; in een slag tegen laatstgenoemde sneuvelde hij (321).—2) Macedoniër, v. s. zoon van den vorigen, schrijver eener Ψηφισμάτων Συναγωγή, verzameld uit de te Athene bewaarde origineelen, van welk werk nog enkele overblijfsels bestaan.—3) beroemd geneesheer, tijdgenoot van Cicero.

< >