Gepubliceerd op 19-09-2017

Jacht

betekenis & definitie

Jacht - (Gr.: kunègesia, Lat.: venatio) Oorspronkelijk beoefenden de oude Grieken en Romeinen de jacht als sport, niet zonder enig gevaar (de Grieken reeds in de epische tijd van Homeros; zie Odusseus). Een andere bedoeling als drijfveer voor de jacht was het verjagen van gevaarlijke dieren.

In de klassieke periode ging men op jacht met honden of netten om wild te vangen als voedsel. In de hellenistische periode ging men hier en daar op jacht naar olifanten, o.a. voor rekening van Pyrrhos. In de Romeinse laat-republikeinse en keizerlijke periode werd gejaagd op wilde dieren voor de spektakels in het Circus of het Colosseum. Bijzondere cohorten hadden uitsluitend tot taak het vangen van deze wilde dieren, die met duizenden werden uitgeroeid, zodat bepaalde diersoorten uit de wouden van Centraal-Europa verdwenen.