Aediles Curules - (Magistratus patricii ordinarii minores curules). Bij de aanstelling van een praetor in 367 v.C. werden door de patricii twee aediles gekozen naar het voorbeeld van de twee aediles plebis. Zij vormden met deze laatsten geen college, maar waren wel een even waardig en gelijkvormig ambtenarenkorps. Er is altijd een onderscheid gemaakt tussen deze tweesoortige aediles, al stond deze curulische magistratuur vrij vlug open voor de plebejers.
Zij werden gekozen in de Comitia tributa en hadden in de senatus recht op een sella curulis.
Zij hadden de zorg over het politietoezicht in de stad en stonden in voor de inspectie van de openbare gebouwen, wegen en waterleidingen. Zij droegen ook zorg voor de orde bij openbare begrafenissen en hadden een taak in de leiding van de brandweer. Zij werden ook belast met de cura annonae (graantoevoer en marktwezen) en organiseerden de Ludi Romani en de Ludi Megalenses. Zij bezaten het ius coercitionis (zie Coercitio), konden burgers voor de Comitia tributa iudicialia dagen en gaven als rechters, naar het voorbeeld van de praetores, bij de aanvang van hun ambt het edictum aedilicium uit.