Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Handelscompagnie

betekenis & definitie

handelmaatschappij; (vroeger) handelsorganisatie. gericht op handel op overzeese gebieden. Sinds het eind van de 16e eeuw zijn in een aantal Europese landen organisaties opgericht ten behoeve van de handel op verre overzeese gebieden.

In een aantal opzichten werkten zij voort naar de patronen van de → Hanze en van de → Merchant Adventurers, de handelscompagnieën werden door de resp. staten gesteund door monopolies en privileges, zoals het recht zelfstandig verdragen te sluiten, (versterkte) factorijen te stichten en oorlog te voeren. Hierdoor speelden zij een belangrijke rol bij de vorming van koloniale bezittingen. In de Ned. Republiek waren de ✝ Compagnieën van Verre de zgn. voorcompagnieën van de voc. Engeland kende o.a. de East India Company (EIC) en de Hudsonbaaicompagnie. Frankrijk de Franse Oostindische Compagnie: België had de → Oostendse Compagnie en Oostenrijk de → Compagnie van Triest en Fiume. Ca. 1800 werd het geprivilegieerde karakter van de compagnieën aanleiding tot opheffing van de meeste en overname door de staat van hun activiteiten.

< >