Zelfs de puristen keuren deze woorden goed, aangezien het nieuwe begrippen zijn, waarvan de betekenis niet overeenkomt met die van de gescheiden vorm: zo is hoogspanning een ‘elektrische spanning van meer dan 300 volt’ (Koenen). Nochtans beschouwt Van Dale het vanaf 1961 als een germanisme (D. ‘Hochspannung’). Hij zegt echter niet door welk Nederlands woord men het zou moeten vervangen. Het eigenaardige is nu, dat Van Dale daarmee volkomen alleen staat: geen van de andere woordenboeken maakt bezwaar tegen hoogspanning; verder heeft Van Dale het zelf tot in 1950 goedgekeurd, en ten slotte oppert hij niet hetzelfde bezwaar tegen laagspanning, dat hij zonder afkeuring vermeldt.
In de praktijk zijn beide woorden helemaal ingeburgerd. Hoogspanning wordt ook figuurlijk gebruikt (wat niet het geval is met laagspanning):
‘...de spanning (is) tot hoogspanning opgelopen.’ (NRC, 12.10.72, P. 17)
‘...deze onder hoogspanning levende mensen...’ (Elseviers Magazine, 2.12.72, p. 10).
Gepubliceerd op 11-06-2020
Hoogspanning, laagspanning
betekenis & definitie