Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Wittekind

betekenis & definitie

1) of Witikind, aanvoerder der Saksen, 775 verslagen door Karel den Gr., die hem 785 bewoog zich te laten doopen, en hem tot hertog der Saksen verhief; 807 sneuvelde W. tegen de Zwaben.

2) Witikind, Widukind,saksisch geschiedschrijver, omstr. 1104 gest. als monnik van Corvei. In dl. 3 der «Monumenta” van Pertz vindt men W.’s Res gestie Saxonicce.

< >