of Sulpicins, romeinsch geslacht, waarvan reeds 500 j. v. Chr. sommige leden hooge ambten bekleedden:
Camerinus Cornulus (Serv.), consul 500 v.Oir.
Camerinus Cornutus(Serv.), consul 493 v. Chr.
Camerinus (Serv.), belette 393 v. Chr. de verhuizing der plebejers naar Veji.
Lóngus (Q.), liet de schildwacht, die het beklimmen van het Kapitool door de Galliërs niet verhinderd had, van de Tarpeïsche rots werpen.
Rufus (Serv.), ontzette 377 v. Chr. het door de Latijnen belegerde Tusculum.
Pelicus (C.). 5 maal consul, 362—351 v. Chr.
Longus{C.), 323 en 314 v. Chr. consul, beoorloogde beide keeren de Samnieten.
Paterculus (C.), consul in 258 v. Chr. oorloogde tegen de Carthagers.
Galba Maximus (P.), beveiligde Rome 211 v. Chr. tegen Hannibal, en streed later als opperbevelhebber in Griekenland tegen Philippns van Macedonië.
Gallus (C.), krijgstribuun in d' oorlog tegen Persens, voorspelde vóór den slag bij Pydna eene maaneclips, werd consnt (166 v. Chr.) na zijnen terugkeer uit Macedonië; en beoefende later de sterrenkunde.
pretor in Lusilanië; zie GALBA.
Galba (Serv.), zoon van den vorige, consul 108 v. Chr., tegenstander van den demagoog Saturninus.
Galba, goed redenaar, zwager van S. Gracchns, 110 v. Chr. veroordeeld, omdat hij zich had laten omkoopen door Jugurtha.
Rufus (P.), volkstribuun 88 v. Chr., een krachtig redenaar, liet door het volk Marius benoemen als opperbevelhebber tegen Mithridates, met vernietiging der benoeming van Sylla; deze hierover verbolgen, rnkte tegen Rome op, en veroverde de stad; zich door de vlucht gered hebbende, werd S. echter bij Laurentum gevat, en ter dood gebracht; zijn hoofd werd ten toon gesteld op de redenaars-tribune. waar hij zoo dikwijls door de onweerstaanbare almacht van zijne welsprekendheid had geschitterd.
Galba (Serv.),91 v. Chr. legaat tegen de Bondgenooten, overwon 88 v. Chr. de Marrucijnen.
Galba (P.), edile met Cicero.
Lemonia Rufus (Serv.), vriend van Cicero, 46 v. Chr. stadhouder in Achaia, was een uitstekend rechtsgeleerde.
Galba (Serv.), pretor 54 v. Chr., heulde met de moordenaars van Cesar, en werd deswege 43 v. Chr. als moordenaar veroordeeld.
Rufus (P.), streed onder Cesar in Gallié, en was 47—45 v. Chr. stadhouder in lllyrië.
Quirinus (P.), consul onder Augustus (12 v. Chr.), werd anno
6 na Chr. stadhouder van Syrië, en stierf 21 na Chr. als gunsteling van Tiberius.
/po'linaris, taalgeleerde, geb. te Carthago, was de leermeester van den lateren keizer Pertinaz.
Twee dichteressen uit het geslacht S.; zie SULPITIA.
