geb. 20 Sept. 1799 te Orleans, professor der chineesche taal, en sedert 1854 administrateur van het Collége-de-France, is erkend als de eerste autoriteit voor het Chineesch in geheel Europa. Behalve een aantal chineesche dramaas en romans, heeft hij vertaald het »Boek der belooningen en straffen” (Parijs 1835), het *Boek van den goeden wandel” (Parijs 1841), de •Hisloirc de la me de Hiouen-Thsang” (Parijs 1853); ook gaf hij in het licht Mémoires sur les conlrées occidentales (2 dln.
Parijs 1857—58), Contes chinoises (3 dln. Parijs 1862), enz.