Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Propretor

betekenis & definitie

romeinsch magistraat, die als pretor fungeerde; nu eens was dat een pretor, die in zijn ambt gelaten werd, dan weder was het iemand, die nog nooit het prelorschap bekleed had; dit laatste was meestal het geval onder het keizerryk. Even als de pretor, had ook de P. zes lictoren.

< >