keizer van Rusland, zoon vanKarelFredcrik, hertog van Holstein-Gottorp, en van Anna, de dochter van Peter den Groote, was geb. 1728, werd tot grootvorst en troonopvolger verheven 1742, en nam lot vrouw de befaamde Catharina van Anhalt-Zerbst, met wie hij zeer slecht leefde. Hij beklom 1762 den troon, doch maakte zich door verscheidene ongewilde ondernemingen tegenover het buitenland, en door zijne hervormingen binnenslands, bij velen gehaat.
Hij had het plan, zich wettig van zijne vrouw te laten scheiden; doch zij voorkwam hem, en noodzaakte hem tot afstand van de regeering. Daarop beklom zij zelve den troon als Catharina II, en liet aebt dagen later haren man in de gevangenis om het leven brengen door middel van worging (1762). Later kwamen er twee bedriegers te voorschijn, die zich voor P. III uitgaven. Zie PoEGATSJEFF.