koning van Phthiotis (in Thessalië) en van Jolcos, zoon van /Eacus, en broeder van Telamon en Phocus. Dezen laatste bij ongeluk gedood hebbende, nam P„ uit zijn vaderland vluchtende, de wijk naar het hof van Eurytion, koning van Phthiotis, met wiens dochter hij vervolgens trouwde.
Bij de jacht van Calydon had hij het ongeluk, zonder het te weten Eurytion te dooden, hetgeen hem noodzaakte tot eene nieuwe ballingschap. Te Jolcos als gast aan T hof ontvangen, boezemde hij daar door zijne mannelijke schoonheden liefde in aan koningin Astydamia;entoen deze zag, dat zij P. niet tot overspel kon brengen, belasterde zij hem bij Acastus, haren gemaal. Op diens bevel werd P. in een bosch opgehangen, om zoo hangende den hongerdood te sterven; doch P. vond middel om zich loste werken, doodde vervolgens Acastus en diens gemalin, en verhief zich tot koning van Jolcos. Na den dood van zijne eerste vrouw, trouwde P. met Thetis, en verwekte bij haar Achilles, met wiens opvoeding hij den centaur Chiron belastte, en dien hij met groot leedwezen zag vertrekken naar het beleg van Troje. Gedurende de afwezigheid van Achilles had P. diens vrouw (Deïdamia) en hun zoon (Neoptolemus) bij zich. Eindelijk werd P. door de zonen van Acastus van den troon gestooten, en de pogingen, die door Neoptolemus aangewend werden om zijnen grootvader op den troon te herstellen, mochten niet gelukken.