twee koningen van Sparta, nl.:
I (491—480 v. Chr.), uit het geslacht der Agieden. Tijdens den inval van Xerxes in Griekenland, verdedigde hij met ongeveer 4000 man den pas der Thermopylse, zijnde den sleutel van Griekenland. Reeds bijna 20,000 Perzen waren door L. gedood, toen een verrader bun het middel aan de hand deed om den pas om te trekken. Toen zond L. het grootste deel zijner troepen weg, en, slechts 300 soldaten bij zich houdende, die allen bereid waren ora voor hun vaderland te sterven, drong hij te midden van den nacht met hen in het kamp der Perzen door, en richtte daar een vreeselijk bloedbad aan; maar door het aanbreken van den dag overvallen, werden zij omsingeld en allen over de kling gejaagd.
II (257—238 v. Chr.j, insgelijks uit den stam der Agieden, verzette zich tegen de plannen van Agis III, die de Lycurgische wetgeving wilde herstellen. Dientengevolge werd L. gebannen, en vervangen door Cleombrotus (243—239); doch het gelukte hem eindelijk weder op den troon te komen, en toen liet hij Agis ter dood veroordeelen.
