lat. Lusatia, eene ruim 200 vierk. mijlen groot zijnde landstreek in Middel-Duitschland, die vroeger twee onafhankelijke markgraafschappen vormde, nl. de Opper-L. en de Neder-L., welke namen (de eerste voor het zuidelijk, de tweede voor het noordelijk gedeelte des lands) eerst in zwang kwamen nadat de L. zich 1407 had overgegeven aan koning Matthias van Hongarjjë.
De L. strekt zich uit tusschen de Elve en de Oder, benoorden Bohemen, bezuiden Brandenburg en bewesten Silezië. De voornaamste steden waren, in Opper-L.: Görlitz, Bautzen, Zittau, Kamientz (o( Camenlz), en in Neder-L.: Luckau, Lubben, Guben.De eerste bekende bewoners Tan de L. waren de Sennonen; later kwamen de Veneden, en na dezen de Soraben. In 931 werd door Hendrik den Vogelaar de Mark der Soraben (d. i. Neder-L.) gevestigd. Nagenoeg geheel Opper-L. maakte deel uit van het koningrijk Bohemen. Ottokar gaf het ten huwelijk mede aan zijne dochter, die in den echt trad met den markgraaf van Brandenburg (1231); en door keurvorst Waldemar, den opvolger van den markgraaf, werden de beide deelen waaruit de L. bestond vereenigd tot een geheel. Doch de Opper-L. kwam weder aan Bohemen terug van 1319 tot 1355, en de Neder-L. in 1370. Nadat, gelijk reeds boven is aangestipt, de L. zich in 1467 aan koning Matthias van Hongarije overgegeven had, vernieuwden de steden der Opper-L. 1476 en 1490 haren bond, en stichtten zoodoende de vereeniging der Zessleden (Bautzen, Görlitz, Zittau, Lauban, Camentz en Löbau). In 1526 kwamen de beide markgraafschappen, met de kroon van Bohemen, aan Ferdinand I van Oostenrijk. In den 30-j. oorlog betrokken, werd de L. 1620 in 's keizers naam door keurvorst Johan Grorg I van Saksen bezet, doch bij den vrede van Praag 30 Mei 1635 door den keizer aan hem afgestaan als boheemsch leen. Bij de deeling van Saksen in 1815 kwam de Neder-L. en het grootste oostelijk en noordelijk gelegene gedeelte van de Opper-L. aan Pruisen, zoodat de Opper-L. tegenw. gesplitst is in Saksische Opper-L. (ruim 45 vierk. mijlen, met 309,000 zielen (in 13 steden en 628 dorpen) en Pruisische Opper-L. (63 vierk. mijlen, met 200,000 zielen). De Neder-L. is 134 vierk. mijlen groot en bevolkt met 310,000 zielen.
