(Karsten, d. i. Christiaan), geschiedkundige, geb. 9 Aug. 1753 te Hiddigwarden in het Oldenburgsche, was lang leeraar aan het gymnasium te Oldenburg, sedert 1812 te Leipzig professor der aan de historie verwante vakken, gest. aldaar 4 Jan. 1827.
Zijn voornaamste werk is: Ablass und Tabellen zur Uebersicht der Geschichte aller europäischen Länder und Staaten (4 stukken, Leipzig 1804—12; 4e druk 1841).(Fried. Karl Herrn.), zoon van den vorige, geb. te Oldenburg 21 Juli 1790, werd 1828 professor der geschiedenis te Dorpat, van waar hij 1853 als emeritus naar Duitschland terugkeerde. Zijne voornaamste werken zijn o. a.: Hellas (3 dln. Leipzig 1825—27); Necrolivonica (Dorpat 1842); Urgeschichte der Ostseeprovinzen (Moskau 1846); Chronicon Normannorum (Dorpat 1850).