in 1672 schepen van 's Gravenhage, een doodvijand van Johan en Cornelis de Witt, had eenige kapiteins der haagsche schutterij overgehaald, datze de De Witten niet levend zouden laten ontkomen, en toen de broeders in handen van het gepeupel waren gevallen, werd dit door B. in persoon aangehitst om ben te vermoorden. Eene maand later werd B. tot baljuw van den Haag benoemd; doch maakte zich aan zooveel schandelijkheden schuldig, dat hij 1680 in hechtenis genomen en door het geregtshof van Holland ter dood veroordeeld werd.
Hij vond middel om te ontsnappen, werd echter te Amsterdam achterhaald en naar ’s Hage teruggebragt, waar hij, eer de schavotstraf aan hem voltrokken werd, op de Gevangenpoort stierf.