een der veldheeren van Alexander van Macedonië, was eerst bij diens vader Philippus geheimschrijver geweest. Hij was geboortig uit Cardia in den thracischen Chersonesus, werd 323 v.
Chr., na den dood van Alexander, stadhouder van Paphlagonië en Cappadociè, en was een trouw' aanhanger van Perdiccas; na diens dood werd E. beoorloogd door Antipater en Antigonus, tegen wie hij zich verdedigde met veel beleid en goed geluk; doch door zijne macedonische krijgslieden verraden, werd hem 580 v. Chr. door Antigonus de nederlaag toegebracht in den slag bij Orcinium in Cappadociè, waarna hij een langdurig beleg in Nora uithield (319 v. Chr.), totdat hij eindelijk, verraderlijk door de zijnen in 'svijands handen overgeleverd, op last van Antigonus om hals werd gebracht (315 v. Chr.). Plutarchus en Cornelius Nepos hebben het leven van E. beschreven.