Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Erarik

betekenis & definitie

koning der Oost-Gothen, was het hoofd der Rugiërs, een noordsch volk, dat Theodorik vergezeld had naar Italië. Hij werd in 541 tot den troon verheven.

Ziende dat het gezag der OostGothen in Italië aan het wankelen gebracht begon te worden door de veroveringen van Belisarius, trad E. in onderhandeling met keizer Justinianus, aan wien hij het grondgebied, dat nog onder zijn gezag stond, wilde overleveren ; maar eer deze onderhandeling tot haar beslag kwam, werd E. door zijne eigene soldaten vermoord, en opgevolgd door Totila.

< >