Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Elmara

betekenis & definitie

ook Elmare en Ellemare,

1) voormalig dorpje in Zeeland, ter plaatse waar thans het gehucht Steenhoven, gemeente Schoondijke, ligt; het ontleende zijnen naam aan de schoone abdij Elmara, gesticht 1144, en grootendeels door het water verzwolgen 1377. terwijl hetgeen er toen nog van was blijven staan verzwolgen werd door den vloed van 1404. De abdij lag aan het
2) voormalige watertje, de E., thans vermoedelijk het Groote Gat of de zoogenaamde Brugsche vaart, bij Oostburg.

< >