patricische familie te Venetië, heeft aan de republiek drie dogen geschonken, nl.
(Marcus), 136,5;
(Johannes), 1625; en
(Johannes II), 1709.
Laatstgenoemde beoorloogde de Turken, en sloot het traktaat van Passarowitz, waarbij de grenzen werden vastgesteld van de Venetiaansche staten en van die der Turken. Behalve de genoemde drie dogen, heeft dit geslacht verscheidene andere merkwaardige personen voortgebragt, waaronder: C. (bodewijk), geb. te Venetië 1467. Deze man had zich tot zijn veertigste jaar overgegeven aan allerlei buitensporigheden, en leed dien ten gevolge aan de ernstigste ziekten en kwalen. Ziende dat hij zijnen dood nabij was, veranderde hij geheel van leefregel, en werd uiterst matig en ingetogen. Op die wijze gelukte het hem niet slechts van al zijne kwalen te herstellen, maar tevens een hoogen ouderdom te bereiken: hij werd honderd jaar, sommigen beweren nog ouder. Zijne eigene ervaring tot nut willende doen strekken voor zijne evennaasten, schreef hij op zijn tachtigste jaar eene verhandeling over de voordeelen der matigheid Discorsi della vita sobria (Padua 1558, Venetië 1599, enz.).
(Catharina), koningin van Cyprus, geb. te Venetië 1454, trad 1470 in het huwelijk met Jacobus van Lusignan lil, konmg van Cyprus en Jeruzalem. Bij diens dood nam zij zelve de teugels van het bewind in handen, doch had te kampen met groote moeijelijkheden. Na 14 jaren geregeerd te hebben deed zij 26 Febr. 1489 afstand van haie staten aan de Venetianen, en hield van dat oogenhlik af verblijf op eene villa te Asoio nabij Treviso, waar zij eigentlijk gevangen zat en 5 Julij 1510 stierf.