Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Constant. Harmenopulus

betekenis & definitie

geb. te Constantinopel omstr. 1320, gest. aldaar 1380, uitstekend rechtsgeleerde, bekleedde gewichtige ambten onder de keizers Joh. Cantacuzeniis en Joh.

Paleologus. Men heeft van hem het Promptuarium juris of Manuale legum in 6 boeken (beste editie van Heimbach, Leipzig 1851); ook eene -Lijst der grieksche werkwoorden", in 1843 ontdekt door Mynas; enz.

< >