Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Codrus

betekenis & definitie

1) de zoon van Melanthus, was de laatste koning van Athene, heeft door zijne zelfopoffering zijnen naam vereeuwigd. In den oorlog, dien de Doriërs tegen de Atheners voerden, verkondigde hem het orakel, dat de overwinning zou verblijven aan die der twee natiën, wier vorst den dood zou hebben gevonden: hierop begaf hij zich in de legerplaats van den vijand, en vond zoo zijn einde.

De Atheners konden niemand vinden, waardig genoeg om C.’s opvolger te worden, waarom ze het koningschap afschaften, en het hoogste gezag toevertrouwden aan eenen archon (zie dat art.), die benoemd werd voor levenslang. Codrus had 28 jaren geregeerd (van 1160 tot 1132 v. Chr.).2) een pruldichter uit den tijd van Domitiaan, is niet anders bekend dan uit een paar regels in Satire I van Juvenalis.

< >