1) volgens den Bijbel eerstgeboren zoon van Adam en Eva, sloeg zijn jongeren broeder Abel dood, en werd deswege door God vervloekt. Na lang omgezworven te hebben, vestigde hij zich (Gen. 4; 16) in het land Nod, en bouwde eene stad, die hij Henoch of Enoch noemde, naar een zijner zonen.
2) een uit de kinderen van Hobab, den schoonvader van Mozes (Rigt. 4:11; Num. 24 : 22).