(van het latijnsche basilica, d. i. koninklijk paleis).Toen de koningen van Frankrijk her paleis van justitie bewoonden, werden de regters, advokaten, procureurs, enz. allen verstaan onder den naam van clercs de la B., d. i. mannen van het paleis. In 1303 werden ze doorFilips den Schoone als eene corporatie erkend.
Zij kozen een overman, die den weidschen titel droeg van roi de la B.; doch deze titel werd door Hendrik IH afgeschaft, en al de daaraan verbondene regten en privilegiën gingen over op den kanselier.