Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Augias

betekenis & definitie

(spreek uit : Au-gi as), koniiig van Elis, beroemd door zijn rijkdom aan runderen. Ruim 3000 ossen had hij in zijne stallen, die sedert dertig jaar niet schoongemaakt waren, toen hij aan Hercules die taak opdroeg, waarvoor hij hem het tiende gedeelte van zijne kudde zou afslaan.

Hercules volbragt dit werk in één dag, doordien hij de rivieren Peneus en Alpheus door de stallen leidde. Maar toen de trouwelooze koning vervolgens weigerde den bepaalden prijs te voldoen, werd Hercules zoo vertoornd, dat hij Elis plunderde, A. ombragt, en het rijk afstond aan Phyleus, A.’s zoon. Van hier het spreekwoord “een Augias-stal reinigen” voor “een verwaarloosden boel redderen”.

< >