Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Amyntas

betekenis & definitie

naam van

1) acht koningen van Macedonië, van welke de meest bekende is A. (II, de vader van Philippns den Groote. Deze A. regeerde ‘26 jaren (396—370 v. Chr.), en was de grondlegger van de magt der Macedoniërs.
2) een dapper veldheer van Alexander den Groote, was een zoon van Andromenes en wordt, als taxiarch, bij Q. Curtius Rufus genoemd agminis princeps.
3) een Macedoniër, die zijn vaderland verliet en naar Azië ging, waar hij Darius diende tegen Alexander den Groote, en na den slag bij lssus met 4000 grieksche huursoldaten naar Egypte vlugtte, waar hij echter door de Egyptenaars gedood werd.
4) een koning van Galatie, die aanvankelijk op de hand van Brutus was, vervolgens op de zijde van Antonins.doch voor den slag bij Actium koos hij de partij van Octavianus.

< >