Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Aëtius amidenus

betekenis & definitie

dus bijgenaamd naar zijne geboorteplaats Amida in Mesopotainié, leefde omstreeks de helft der zesde eeuw, bestudeerde de geneeskunde te Alexandrië, en werd lijfarts en eomes obsequii te Cunstantinopel. Hij heeft een grieksch geneeskundig werk nagelaten in zestien boeken, waarvan de helft in het oorspronkelijk gedrukt is te Venetië, in fol., 1554, en het geheel, in het Latijn vertaald door Cornarius, gedr. te Bazel, in fob, 1542.

< >