Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Note, noté

betekenis & definitie

I. note: teken; noot. aantekening, notitie; cijfer; muzieknoot; nota, rekening; officieel bericht; notes, conduitestaat; note marginale, kanttekening; bonne note, mauvaise note, goed-, afkeuring; note d'expêdition, kennisgeving van afzending; note de frais, onkostenrekening; changer de note, een andere toon aanslaan; uit een ander vaatje tappen; cela change la note, dat’s wat anders; chanter toujours la même note, altijd hetzelfde liedje zingen; demander la (sa) note, de rekening vragen; donner la note à qn., iemand de toon aangeven; forcer la note, overdrijven; jeter une note gaie, er wat vrolijkheid in brengen; prendre des notes, aantekeningen maken: prendre note de, nota nemen van; aan-, optekenen, noteren; ne savoir qu'une note, altijd hetzelfde vertellen; être dans la note, niet detoneren, passen bij de gelegenheid; rester dans la note, niet uit zijn rol vallen; de note, notoir, aanzienlijk.

II. noté: genoteerd; être bien (mal) noté, goed (slecht! aangeschreven staan; noté d’infamie, geschandvlekt.

< >