Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Mode

betekenis & definitie

methode; wijs [werkwoord]; toonaard; mode d'emploi, gebruiksaanwijzing; mode manier; mode; modes, modeartikelen; magasin de modes, dameshoeden winkel; à la mode, (nieuw)modisch, nieuwerwets; être à la mode, in zwang (in de mode) zijn; à la mode d'Espagne, op zijn Spaans; à sa mode, op zijn manier; il est de mode de..., het is de mode om....

< >