Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Gepubliceerd op 13-07-2022

Gant

betekenis & definitie

handschoen; gant de Notre-Dame, vingerhoedskruid; akelei; ruig klokje; cela vous va comme un gant, dat zit u als aan ’t lijf gegoten; dat is net iets voor u; se donner les gants de qc., zich de eer (de verdienste) van iets toekennen; il est souple comme un gant, je kunt hem om de vinger winden; prendre des gants, voorzichtig te werk gaan; ne pas prendre des gants, er geen doekjes om winden; avec des gants, op een nette manier; en gants, gehandschoend.

< >