doornstruik; doorn, stekel, prikkel; moeilijkheid; épine blanche, meidoorn, hagedoorn; épine dorsale, ruggegraat; épine noire, sleedoorn; tirer à qn. une épine du pied, iem. uit de verlegenheid redden; être sur les (des) épines, op hete kolen staan, zich in een netelige toestand bevinden.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk