Dronken zijn. Volgens Endt (1974) heeft ‘stuk’ hier de betekenis van ‘vat jenever van ca. 700 liter’, waarbij ‘kraag’ dan moet opgevat worden als ‘hals, keel’. Vgl. ook: een snee* in zijn oor hebben.
Hou jij je kop, jij gore nakkedikker. Je het zelf een flink stuk in je ribben, vent.
Kees Pruis: Een ongeval op straat, ca. 1935, geciteerd in WNT
Als je ’n stuk in heb, weet je toch zeker niet wat je doet?
Piet Bakker: Cis de man. 1947
We bleven de hele dag op de club, na de wedstrijden gingen we op het veld nog penalty’s schieten met een flink stuk in de kraag.
Nieuwe Revu, 29-12-99